Mijn ergotherapeut vindt dat ik erg dunnetjes ben geworden, en daar heeft ze vast gelijk in. Ik beweeg weinig, heb dus minder spieren en minder zin in eten. En als het dan koud is of mijn lichaam anderszins energie nodig heeft, eet het nog meer spieren op. Ik heb nooit geprobeerd af te vallen, geen idee hoeveel calorieën waarin zitten en wat een koolhydraat eigenlijk is. En ik houd erg van eten, vooral van chips, koekjes en chocola, en die gaan er ook in flink tempo doorheen. Dus ik zou niet weten hoe ik het aan moet pakken, een paar kilo erbij. Een bezoek aan de diëtist dus, onderdeel zoveel van het Traject.
De diëtiste is een iets oudere dame die heel erg met haar ogen knippert. De mijne gaan er zelf een beetje van tranen. Nou ja, ieder zijn probleem, en ik leg haar uit wat het mijne is. Ik moet vertellen wat ik zoal eet en drink, en zij schrijft het op.
"Je eet genoeg tussendoortjes", is haar conclusie. Dat dacht ik ook, ja. "Maar je moet het allemaal wat rijker maken. Een plakje ontbijtkoek, daar zit veel te weinig vet in; je kunt bijvoorbeeld beter een taartje eten." Mijn ogen gaan al glimmen. "Overal crème fraîche of slagroom in doen waar het bij kan. Haring of zalm of cashewnoten voor het eten. Mayonaise bij je gebakken aardappelen. En kun je geen suiker in je thee doen?"
Suiker in mijn thee, dat vind ik echt niet lekker, maar alle andere tips staan me wel aan. Het is geen straf, dit dieet.
Aan het eind van de afspraak ga ik op een weegschaal staan. Iemand met mijn lengte zou tussen de 60 en 78 kilo moeten wegen, en ik weeg er met kleren en schoenen aan 57. "Dat is wel een beetje weinig", vindt ze. "Het is wat wij hier ondervoeding noemen."
Een paar dagen later merk ik dat het toch moeilijker is dan ik dacht. Ik geloof dat ik haar vooral verteld heb wat ik vind dat ik moet eten, en niet wat ik daadwerkelijk eet. Ontbijt met muesli en sinaasappelsap. Lunch met drie bruine boterhammen. Eén van de twee sla ik toch de helft van de dagen over, ben ik bang.
Die taartjes, dat wordt het probleem niet. Maar die bruine boterhammen, daar moet ik aan werken.