Deze Duitse uitwisseling is boven alles een les in nederigheid. Twintig Nederlandse journalisten hebben zich aangemeld, zes zijn er geselecteerd. Spitze, voel je je dan. Volgen tien dagen taalcursus; discussies met journalisten, correspondenten, Duitslandspecialisten; gesprekken over het Nederlandse en Duitse medialandschap; overnachting in Hotel New York; uitbundige diners, rondvaart door de Rotterdamse haven en gesprek met de directeur van het havenbedrijf. En tot slot de feestelijke overhandiging van onze stipendia door de Duitse ambassadeur in Nederland.
Vervolgens gaat iedereen naar zijn nieuwe stad, kamer en werkplek, en dondert in een diep ravijn. De collega’s zijn heel aardig en geïnteresseerd, hoor ik van alle kanten, en ze complimenteren je met je prachtige Duits of Nederlands. Maar je rol is volslagen onduidelijk, iedereen heeft het heel druk met zijn eigen werk en je kennis van de vreemde taal is toch erg belabberd als je iets op papier zet. Je bent hier gewoon een totale nobody.
Het goed lezen van mijn eigen krant kost me al de hele ochtend, laat staan ook nog de belangrijkste andere Duitse kranten en buitenlandse media op internet. Ergens de afgelopen week, ik geloof donderdag, ben ik de hele dag bezig geweest met een stukje van 300 woorden over het bezoek van Merkel aan Nederland, dat ik voornamelijk van persbureaus overtikte, en dat aan het eind van de dag toch nog steeds zo slecht was dat het niet gepubliceerd kon worden. Nou ja. Zulk soort nederigheid.
Verder is de Leipziger erg lokaal, moet ik zeggen, al is de oplage ongeveer die van de Volkskrant. De dagelijkse vergelijking met andere kranten strekt zich niet verder uit dan de directe concurrenten: de Mitteldeutsche en de Sächsische Zeitung, en de Bildzeitung. Het terugtreden van de politiek leider van de sociaaldemocraten in Nederland interesseert de meesten hier niet bovenmatig, en zelfs de opkomst van Geert Wilders, wat over het algemeen in Duitsland nauwlettend gevolgd wordt, is hier erg ver weg.
’s Avonds een kapper bezocht, ook belangrijk voor de kennismaking met de Duitse cultuur. Götz Ponater in de Riemannstraße heeft me een geile Frisur gegeven, al vroeg ook zij na onze eerste paar zinnen: ‘Do you read a bit German?’ Scheiße!