Vandaag is het Sant Jordi, een zeer Catalaanse feestdag waarbij iedereen elkaar een roos en een boek geeft. Vroeger gaven de mannen de vrouwen een roos en de vrouwen de mannen een boek, maar die tijd ligt natuurlijk ver achter ons.
Bij ons is het vrees ik zo dat ík een roos én een boek krijg, en W. helemaal niets - ik heb een heel drukke dag met een interview schrijven, Spaanse les en 's avonds vliegen naar Rotterdam. Bovendien wil ik alleen nog maar elektronische boeken: twee maanden voor we teruggaan naar Nederland moeten we het gewicht dat we hier hebben wat beperken en af en toe al wat mee terugnemen naar Amsterdam. En elektronische boeken gééf je elkaar niet op Sant Jordi.
Ik pak mijn koffer met de zeer dikke Catalaanse grammatica die ik voorlopig niet meer ga gebruiken, leg mijn winterjas en -kistjes klaar, en krijg dan een mooie roos en een korenaar - een verwijzing naar het Catalaanse volkslied Els Segadors (de maaiers). Ik ga toch maar even de deur uit.
De sfeer in de stad is ontspannen en vrolijk, hoewel het voor bijna iedereen een gewone werkdag is. Overal langs de straat zijn boeken- en rozenstalletjes, mensen slenteren er voorbij, de zon schijnt, schoolkinderen gaan met hun klas een uurtje de straat op en doen spelletjes. Uitgeverijen en boekhandels pakken uit met speciale uitgaven, standjes op straat, signeersessies. Het doet een beetje denken aan het boekengedeelte van de Amsterdamse Uitmarkt, maar dan veel groter.
Nederlandse auteurs worden zelden vertaald in het Spaans. Waarom dat zo is weet ik niet: het is een enorm taalgebied en wij hebben behalve een aantal schrijvers die zeer de moeite waard zijn het onvolprezen Vertalingenfonds, waardoor vertalers van Nederlandse literatuur flink wat subsidie kunnen krijgen. Maar nee. Er is wat Harry Mulisch en Cees Nooteboom, en zowaar Herman Koch. In een kraampje op straat kom ik Gerbrand Bakker in vertaling tegen, wat het Spaanse beeld van de Nederlandse literatuur toch heel opmerkelijk maakt. Arnon Grunberg of Tommy Wieringa, ze zijn in het Hongaars, Turks, Deens en Chinees te lezen, maar niet in het Spaans. En dan wél Gerbrand Bakker, nou ja.
Overal op straat zie je mensen met een roos. Zelfs in het vliegtuig 's avonds zie ik er tientallen in de tijdschriftenvakjes staan. Ik ga voor de zoveelste keer naar Rotterdam om me in het ziekenhuis een dag via een infuus vol te laten stromen met een experimenteel medicijn dat volgens mij nog het meeste weg heeft van rattengif. Zeker geen prettig vooruitzicht. Maar van die rozen, ingeklemd tussen het AD en vlieg-veiligheidsinstructies, word ik toch erg vrolijk.
