Behalve wat ontspannings- en zitoefeningen kan de haptonoom niet veel voor me doen. Maar ze vraagt me of ik andere mensen met MS ken en weleens spreek. Lotgenotencontact, zeg maar. Dat heb ik niet echt, tenminste niet structureel of geïnstitutionaliseerd - ik kom weleens iemand tegen met dezelfde ziekte, soms is dat een leuk iemand, soms niet, net als bij alle anderen op de wereld eigenlijk. Maar ze behandelt iemand met MS, vertelt ze, ook uit de buurt, en dat is, nou ja, dat is gewoon een leuke dame en volgens haar zouden we elkaar eens moeten ontmoeten. Ik ben een beetje verbaasd, maar vind het prima. Geef haar maar mijn mailadres, dan zien we wel.
Een paar weken later krijg ik inderdaad een mailtje van I. Ze heeft al 27 jaar MS; ruime ervaring dus, schrijft ze vrolijk en ironisch. Ze vertelt wat over zichzelf, over het type ziekte dat ze heeft en ook over haar werk en hoe ze woont, 'het begint opeens wel een contactadvertentie te lijken'. Ik antwoord in dezelfde sfeer en we spreken af om te gaan lunchen bij café Thijssen. We herkennen elkaar wel, schrijf ik, ook zonder anjer in ons knoopsgat.
Dat is zo: ik in een rolstoel, zij met een stok, het kan niet missen.
Of het nu door de gemeenschappelijke ziekte komt of niet, het ongemakkelijke dat een 'blind date' altijd met zich meebrengt, is er dit keer totaal niet. We bestellen koffie, en lunch, en appelsap, en nog eens koffie, en we raken maar niet uitgepraat. Natuurlijk gaat het over soorten rolstoelen, medicijnen, diëten en sport, maar ook over ons werk, huis, familie, kinderen, het leven en alle randgebieden. Ik geloof niet dat we op elkaar lijken, en de MS ontwikkelt zich bij haar natuurlijk ook weer anders dan bij mij. Maar je kunt met 'lotgenoten' een heleboel stappen overslaan waar je met anderen niet altijd langskomt.
We wonen in dezelfde buurt en hebben dus dezelfde haptonoom, maar ook dezelfde huisarts (wat nog niet zo heel verwonderlijk is) en dezelfde neuroloog (dat is het al iets meer). Dat ze MS-diëten, reiki, acupunctuur en een heleboel andere alternatieve therapieën heeft uitgeprobeerd, met wisselend resultaat, is verhelderend; ze staat er bovendien op een manier tegenover die ik heel prettig vind: open en kritisch. Dat we allebei net de Hello Fresh aan het proberen zijn en dat we er met precies dezelfde zelfspot gematigd enthousiast over zijn, is ook best grappig.
Dat was dus een goed idee van de haptonoom.
Overigens stuurde vriend S., cannabis-grootverbruiker en niet-roker, me een paginalange mail over verdampers, waterpijpen en wietolie. Zijn neef had in een hennepzaadwinkel gewerkt en zou dus van alles weten over soorten, werkzame stoffen en medicinale effecten. Binnenkort gaat hij me alles uitleggen en misschien ook wel een en ander laten proeven. Misschien werkt het niet, maar ik verheug me er toch erg op.
