Ik geloof niet dat ik ooit langer over een artikel heb gedaan dan over 'Letzte Gelegenheit'. In mijn eerste week hier werd ik door collega Jürgen naar een galerie gestuurd, omdat daar een mooie tentoonstelling zou zijn. Die was al drie weken daarvoor geopend, en zou nog drie weken lopen, dus het leek me bij voorbaat een volstrekt kansloze missie. Natuurlijk was de galerie alleen dinsdag, vrijdag en zaterdag tussen 14:00 en 17:00 open, maar toen ik er op vrijdagmiddag voor de deur stond, bleek hij dicht. Opgebeld naar het nummer dat op een briefje op de deur hing, voicemail ingesproken. Binnen een uur werd ik teruggebeld door een galerieeigenaar die zich uitputte in verontschuldigingen. Zaterdag zou hij er echt zijn.
Door de glazen deur had ik een blik kunnen werpen op het binnerlijk van de winkel. Dat was gewoon een galerie, met twee ruimtes waar acht werken hingen, en een bureautje voor de eigenaar. Het leek me nog steeds een kansloze missie, zelfs in het Nederlands kon ik me niet voorstellen dat ik hier iets zinvols over zou kunnen schrijven.
Maar het viel mee. Het was zelfs heel erg leuk en die acht werken prachtig. De galerie bleek na deze tentoonstelling de deuren te gaan sluiten, wat de kansloosheid van de missie voor mijn gevoel alleen maar vergrootte. Maar juist daar bleek wel een verhaal in te zitten.
Mijn stuk is eerst gelezen door collega Jürgen, die er keihard om moest lachen. En niet omdat ik zo grappig kan schrijven, vrees ik. Met zijn regieaanwijzingen en rode krassen in de kantlijn ("Wat je hier wil zeggen begrijp ik wel, maar het staat er nog niet.") ben ik aan de slag gegaan. Vervolgens heeft collega Mark het gelezen, die heeft er nog een stuk of twintig fouten uitgehaald ("Dass is hier met twee s-en. En hier juist met een"). Tot slot heeft collega Mathias het in de pagina gezet en nog een paar zinnen wat omgebogen. Geloof me, een zin als 'In Fußnähe zum etablierten Galerien-Konglomerat der Baumwollspinnerei sollte hauptsächlich Leipziger Kunst ein beachtetes Podium finden' heb ik niet verzonnen.
Maar de meeste andere wel! Stolz..
Voor de duidelijkheid dus: Leipziger Volkszeitung 23 maart 2010, p. 11.