Beenhakker probeert me al een week te bellen, en ik probeer steeds nét niet op tijd de telefoon op te nemen. De rolstoel heeft nu zo lang op zich laten wachten, dat ik me er bijna op ben gaan verheugen. Bijna, maar niet helemaal: nu het er echt van lijkt te komen, deins ik toch weer terug. Af en toe bel ik ze op, en dan ben ik heel blij als Irene er niet is, en ook niemand anders kans ziet een afspraak met mij in te boeken.
Gelukkig lijkt er dus nog niet veel veranderd aan de Willem Fenengastraat.
Vandaag probeer ik het opnieuw, nadat ik ook nog een kaartje in de bus heb gekregen waarin ik gemaand word hen zo spoedig mogelijk te bellen. Na een tussenpersoon die mijn naam, telefoonnummer, klantnummer en geboortedatum noteert, krijg ik Irene aan de lijn. Maar haar blijkt ik toch niet te moeten hebben: ik moet bij de Afdeling Planning zijn, met wie ik een afspraak moet maken voor de Aflevering. Irene doet enkele vruchteloze pogingen mij door te verbinden met haar collega (die waarschijnlijk twee bureaus verderop zit), en zegt me dan dat ze gewoon naar hem toe zal lopen en hem de telefoon zal geven. Dat lijkt me een uitstekend plan, maar in plaats daarvan vindt ze het bij nader inzien tóch beter hem mijn telefoonnummer te geven, zodat hij me direct kan terugbellen.
Dat gebeurt natuurlijk niet. Weer een dagje uitstel van executie.
