Twee weken nu terug uit het ziekenhuis, zonder noemenswaardige verbetering. Die viel ook niet te verwachten, maar toch. Ik voer nu wel heel veel telefoongesprekken met dezelfde strekking. Nee, het gaat niet beter met me en ja, dat is inderdaad heel vervelend. Begrijpelijk, maar ook erg onbevredigend. Mensen willen een gesprek altijd graag positief afsluiten. Ik zelf natuurlijk ook. En dat is in dit geval niet goed mogelijk. En het is ook niet makkelijk om van dit onderwerp op een luchtiger over te stappen. Terwijl ik soms gewoon meer zin heb om te praten over het CDA-congres, het recept van een Braziliaanse visschotel of een krabpaleis dat we voor Frits aan het maken zijn.
Ik kreeg een mailtje van een vriendin, of goede bekende, of hoe noem je zo iemand met wie je vroeger gestudeerd hebt, die je graag mag en die je ongeveer een keer per jaar per ongeluk ziet. Ze memoreerde een van onze eerstejaarscolleges Taalbeheersing, waarin we leerden dat een gesprek ontspoort als de luisteraar niet af en toe humt. Omdat je met hummen kan aangeven dat je luistert, het er al dan niet mee eens bent, de beurt wil overnemen, meeleeft en dergelijke. Deze mail, schreef ze, was dus bedoeld als hum: "Ik lees je verhalen en het raakt me".
Zo'n berichtje is dus heel fijn. Hummen zonder dat ik direct hoef te reageren. Dank voor je mail, M., we komen elkaar vast nog wel eens per ongeluk tegen, en dan praten we over ms, politiek, kunst of krabpaleizen, en maak ik een Braziliaanse visschotel voor je. Of beter: jij voor mij.
![haakje](images/haakje.jpg)